Texel is het grootste Waddeneiland van Nederland. De gemeente Texel beslaat het hele eiland en het onbewoonde eilandje Noorderhaaks. De belangrijkste plek voor een mooie vakantie zijn De Krim en De Cocksdorp.
Texel is twintig km lang en gemiddeld acht km breed. In totaal is het eiland 170 km². De naam Texel is terug te vinden in de historische gouw Texla. In de vroege middeleeuwen was dit een gouw in Frisia, ten westen van het Vlie.
Het wordt in de achtste eeuw voor het eerst genoemd als pagus Tyesle, Thesla (Zuidland). Waarschijnlijk werd het begrensd door het Vlie in het oosten en het Marsdiep in het zuidwesten.
Het Vlie was in die tijd een bevaarbare geul die het Flevomeer met de Noordzee verbond. Het Marsdiep was weinig meer dan een beekje, dat via een opening in de duinen in zee uitmondde. Een groot deel van de Waddenzee was in die periode moerassig.
Noord-Holland is vanaf de elfde eeuw ontgonnen. Pioniers wierpen dijken op en groeven sloten. Hierdoor konden ze de wildernis, zoals Wieringen, droogleggen. Ze legden een ringdijk om West-Friesland (Alkmaar, Enkhuizen en onder meer Schagen). Het noordelijkste gedeelte was een waterrijk veengebied met weides, bossen en natte hooigrond. Dat liep door tot aan het Vlie.
Texel wordt een eiland
Texel is pas na de Allerheiligenvloed van 1170 een eiland geworden. Door ontginning en ontwatering was het land ingeklonken en lag het lager. Het klimaat werd warmer en dat zorgde voor grotere weersextremen.
Het Noord-Hollandse landschap is ingrijpend gewijzigd door de catastrofale overstroming. Er zijn duizenden mensen bij verdronken. Tijdens de Allerheiligenvloed zijn ook de eilanden Wieringen en Vlieland ontstaan. Het Marsdiep is door de vloed een zeestroom geworden. Dankzij de vloed zijn de Waddenzee en de voormalige Zuiderzee ontstaan.
West-Friesland, inclusief Texel, is in de 13e eeuw overheerst door graaf Floris V van Holland. In 1415 kreeg Texel stadsrechten van graaf Willem VI van Holland, Zeeland en Henegouwen. Dit stadsrecht gaf het eiland een behoorlijk grote zelfstandigheid.
Texel mocht zijn eigen schout en schepenen benoemen. Het mocht ook zelf rechtspreken, belasting innen, tol heffen en markten organiseren.
De strijd op Texel
Eierland zat vroeger niet aan Texel vast. Het lag ten noorden van Texel. In 1630 was de Zanddijk af. Die verbindt beide Waddeneilanden met elkaar. In 1835 richtte de Antwerpenaar Nicolas Joseph De Cock met enkele andere heren een NV op die de kwelder tussen Eierland en Texel ging inpolderen voor agrarisch gebruik.
In de polder Eierland is in 1836 een dorp gesticht. Aanvankelijk heette het Nieuwdorp. Later is het omgedoopt tot De Cocksdorp.
Moderne geschiedenis
In februari 1945 legerden de Duitse bezetters het 822e Georgische bataljon op Texel. Dat bataljon bestond uit 400 Duitsers en 800 Georgische vrijwilligers en veel Sovjet krijgsgevangenen. Hun taak was tegen de geallieerden vechten.
In april 1945 gingen de Georgiërs muiten. Deze opstand staat ook bekend als de ‘Russenoorlog’. Hij richtte zich uiteraard tegen de Duitse bevelhebbers, die op dat moment de oorlog aan het verliezen waren. De Duitsers vochten terug, een offensief dat duurde tot na de Duitse overgave in Wageningen op 5 mei 1945.
De Canadezen kwamen pas op 20 mei aan op Texel en bevrijdden ‘Europa’s laatste slagveld’.
Landschap
Het Texelse landschap is rijk en divers. Texel heeft polders, brede zandstranden, duinen en graslanden. Daarnaast vindt u er heide, bos en kwelders. Rond Den Hoorn zorgen in mei de bollenvelden voor een bloemenpracht.
Nationaal Park Duinen van Texel meet 43 km². Dit natuurgebied is sinds 2002 een officieel nationaal park. Het omvat de duingebieden aan de westkant van Texel, de stranden in het zuiden en de noordpunt van het eiland. Het bezoekerscentrum vindt u in natuurmuseum Ecomare.
In 2008 heeft de provincie Noord-Holland het duingebied van Texel aangewezen als aardkundig monument. Deze status geldt voor de duinen tussen de vuurtoren bij De Cocksdorp en de zuidpunt van Texel. De ‘onthulling’ van het monument was op 8 oktober 2008 op de Bertusnol, een van de hoogste duinpunten van het eiland.
De Hoge Berg
De harde kern van Texel is de Hoge Berg tussen Oudeschild en Den Burg. Het is een lage stuwwal ontstaan in de op een na laatste ijstijd. Het hoogste punt ligt 15 meter boven NAP. Vanaf dit punt kunt u over het hele eiland uitkijken.
U ziet hier ook de zogenoemde tuunwallen. Deze walletjes zijn opgebouwd uit plaggen. Dit gebied is een landschapsreservaat.
Op de Hoge Berg ligt het Doolhof. Dit is een klein bosje uit 1764. U kijkt uit op de Texelse Rede. Er ligt een heuveltje waarvan gezegd wordt dat er een grote kei in verborgen zou liggen. De kei heeft de naam de Engelse Steen omdat hij helemaal onder de Noordzee door zou lopen tot in Groot-Brittannië. U kunt het heuveltje beklimmen via zeven treden met de naam ‘de zeven pannenkoeken’.
De Slufter
De Slufter is een bijzonder fenomeen. Dit gebied ligt binnen de duinketen aan de noordwestkant. Het zit vol kreken en geulen en heeft een open verbinding met de Noordzee.
De Slufter is ontstaan na de aanleg van de ‘Zanddijk’ tussen Texel en Eierland in 1629. Ze hebben meerdere malen geprobeerd ten westen hiervan de duinenrij te sluiten. Dit mislukte met de Slufter als gevolg.
De Slufter loopt bij vloed deels onder. Bij eb loopt het water door de geulen terug naar zee. Hierdoor is slibvorming en verzilting ontstaan en heeft de begroeiing zich aangepast. Ten oosten van De Slufter ligt de Eijerlandse polder. Ertussen ligt de Zanddijk.
Texel en de strijd tegen het water
Texel en haar bewoners leveren voortdurend strijd tegen de kracht van zee en wind. In 1864 stond bij De Cocksdorp de vuurtoren Eierland, op zo’n 3 km van zee. Nu staat de zee vlak onder de vuurtoren. Het lichtbaken wordt met een asfalthelling en aangelegde zeeweringen beschermd. Het strand verbreedt zich langzaamaan weer.
Aan de oostkant van Texel ligt de Lancasterdijk ter bescherming tegen de Waddenzee. Hier vindt u het monument De Schicht. Het staat er ter ere van de verhoging van de dijken tot deltahoogte.
Vogels op Texel
Het eiland is populair bij vogelliefhebbers. Op sommige dagen kun je wel honderd soorten zien. In de duingebieden broeden zo’n 80 verschillende soorten Over het geheel genomen zijn er iets van 300 soorten op Texel gezien.
De Muy is een beschermd gebied. Het is een duingebied tussen De Koog en De Slufter. Dit is de broedplaats van de oudste lepelaarskolonie van Nederland. Andere vogelsoorten op Texel zijn de dwergstern, de velduil en uiteraard de zilvermeeuw.
De plantenrijkdom is tevens gevarieerd. De schakering aan dieren minder doordat een eiland toch enigszins geïsoleerd ligt. U vindt op Texel diverse vlindersoorten, zoals de atalanta, de distelvlinder, sint-jacobsvlinder en duinparelmoervlinder. Er zijn daarnaast ook duizenden soorten insecten op het eiland.